• Thema-artikel
Niels de Jong

Veilig genoeg

Bijdragen aan het welbevinden van kinderen is voor veel leerkrachten een motivatie om jaren op school te blijven werken. Wanneer kun je tevreden zijn? Maarten Molenaar, begonnen aan zijn vijftiende jaar voor de klas, spreekt vanuit ervaring over sociale veiligheid. Hij heeft op drie scholen gewerkt, is ib’er geweest en is nu directeur van de School met de Bijbel in Benthuizen. ‘Een veilige school is een optelsom van vaardige pedagogen die samenwerken.’

Kiest u er bewust voor om nog voor de klas te staan?

‘Ja, ik wil dat graag. Ik kan iedere directeur aanraden om regelmatig les te geven. Het kost natuurlijk tijd en energie om een dag les te geven, maar het helpt om te begrijpen wat je besluitvorming betekent voor de praktijk.’

Wat betekent sociale veiligheid voor u op school?

‘Het is natuurlijk belangrijk. Iedere toegewijde leerkracht wil dat kinderen zich in principe veilig voelen in de klas. Dat betekent dat ze zich welkom voelen en op hun gemak zijn.’

‘Sociale stress is ook gezond: van ongemakkelijke situaties kun je leren en ze maken je weerbaar’

Maarten Molenaar

In principe veilig?

‘Je kunt volgens mij niet honderd procent van de tijd volledig op je gemak te zijn. Het is niet realistisch om voor iedere leerling dagelijks een perfecte schooldag te organiseren. Sociale stress is ook gezond: van ongemakkelijke situaties kun je leren en ze maken je weerbaar.
Wat mij betreft is er een basisveiligheid waarvoor je als leerkracht verantwoordelijk bent. Een ondergrens. Pesten, buitensluiten of misbruik beschadigen je voor het leven. Dan is er sprake van kinderleed. Iedereen op school moet zich tot het uiterste inzetten om dat te voorkomen.
Uit ervaring weet ik dat dat helaas niet altijd kan. Soms zijn de verwachtingen van school niet realistisch. Je kunt niet alles zien en voorkomen, je kunt wel passend reageren. Dat is volgens mij ook wat de samenleving van ons vraagt.’

Wat bedoelt u met ‘passend reageren?’

‘Je moet als school niet verantwoordelijk worden voor álle problemen. In WhatsAppgroepen wordt best veel gepest. Dat is volgens mij geen verantwoordelijkheid van school, maar van ouders: zij zijn bij problemen als eerste aan zet.
Sommige ouders schakelen wel erg makkelijk de leerkracht in. Voor je het weet, help je bij het organiseren van vriendschappen na schooltijd of los je op donderdagmorgen problemen van de woensdagmiddag op. Leerkrachten zijn vaak van goede wil, maar het is soms beter om niet alles op je eigen bord te laden.
Wel kun je als school dingen doen die je van ouders niet kunt verwachten. Daar zit een spanningsveld. Als je signalen oppikt dat het in de WhatsAppgroep misgaat, kun je dat niet negeren. Je hebt een signaalfunctie en stelt zaken daarom aan de orde. In de klas en in oudercommunicatie.’

Kunt u een voorbeeld geven?

‘We hadden een keer te maken met hardnekkig meidenvenijn. Op school kunnen we onpartijdig zoeken naar een oplossing. Dit is voor ouders haast onmogelijk, doordat het over hun eigen kind gaat. Doordat mijn directeur destijds vervanging regelde om kindgesprekken te kunnen voeren, konden mijn duo en ik de situatie samen met ouders ombuigen.’

‘Ik vraag me af hoeveel collega’s op de hoogte zijn van de wet. Ze doen het vanuit zichzelf goed, volgens mij’

Maarten Molenaar

Wat betekent sociale veiligheid in uw eigen lespraktijk?

‘Constant alert zijn op het welbevinden van kinderen. Voor een ervaren leerkracht is dat een tweede natuur. Je ontwikkelt een intuïtief vermogen dat de hele dag aanstaat.
Dat zie ik bijvoorbeeld ook bij mijn broer die agent is. Als we in de auto rijden of in de stad lopen, ziet hij dingen die ik nooit zou zien: opvallende situaties of gedrag van burgers waar hij direct op reageert. Hij kan die vaardigheid in zijn vrije tijd niet “uitzetten”.
Het kan wel even duren voordat je begrijpt waarom kinderen stress laten zien. Soms kom je er nooit achter, soms gelukkig wel. Dan kun je als leerkracht veel voor een leerling betekenen.
Ik herinner mij een cognitief sterke leerling die zichzelf overschreeuwde en arrogant negatief met klasgenoten omging. Hij was niet populair, maar hij dacht zelf van wel. Ik moest zelf ook best vaak boos op hem worden. Later kwam ik erachter dat er thuis hele hoge verwachtingen aan hem werden gesteld. Klasgenoten zagen de jongen als een bedreiging, maar hij voelde zichzelf juist onveilig, zonder dat hij zich daar bewust van was. Goede gesprekken met ouders hielpen om de situatie voor hem te verbeteren en de angel uit zijn negatieve gedrag weg te nemen.’

U geeft nu leiding aan een school. Hoe ziet een veilige school er volgens u uit?

‘Een veilige school is een optelsom van vaardige pedagogen die samenwerken. Er is veel kennis in huis en het ervaren personeel werkt beginnende leerkrachten goed in. Alle teamleden rekenen het bieden van veiligheid van kinderen tot een kerntaak. Collega’s vragen bijvoorbeeld aan elkaar om naar kinderen te kijken op het plein of delen twijfels met elkaar.
Ik ben ook voorstander van een vertrouwenspersoon. Kinderen weten dan dat er iemand is bij wie ze terecht kunnen met hun zorgen. ‘

Heeft een school een vertrouwenspersoon nodig als alle leerkrachten hun werk goed doen?

‘Ja, want soms zijn er dingen die kinderen niet tegen hun eigen leerkracht durven zeggen. Een onafhankelijke vertrouwenspersoon, die ze minder vaak zien, kan toegankelijker zijn. Bijvoorbeeld bij mishandeling of verwaarlozing.’

Is wetgeving voor sociale veiligheid wel nodig?

‘Volgens mij gaat het ook zonder wetgeving goed. Ik vraag me af hoeveel collega’s op de hoogte zijn van de wet. Ze doen het vanuit zichzelf, volgens mij. In mijn ervaring blinken collega’s op basisscholen uit in het bieden van veiligheid.
Een formeel kader is vast nodig voor de uitzonderlijke gevallen. (Lachend) In Nederland is natuurlijk alles vastgelegd en dat is voor vervelende situaties wel handig.’

Terug naar overzicht