Hoe kunnen we jonge kinderen opvoeden binnen de christelijke traditie in een posttraditionele samenleving? En welke rol speelt school daarin? Deze vragen stonden centraal tijdens een bijzondere conferentie met de titel: “Raising New Generations in a Post-Traditional Society”. Theologen, pedagogen, studenten en andere geïnteresseerden kwamen samen op de Theologische Universiteit van Utrecht.
Vullen
‘Traditie gaat niet over het verleden, maar over continuïteit’, legt dr. James Alexander uit in de opening van de conferentie. Volgens de professor wordt het woord vaak misbruikt als een abstractie die verwijst naar een mysterieus ankerpunt in het verleden. Relevante traditie leeft en wordt gearchiveerd als je het opschrijft. Dan blijft er iets over van de traditie: geschiedenis. Als je verslag doet van tradities, draag je bij aan de beschreven geschiedenis. Dat is iets anders dan het continueren van een traditie.
‘Traditie is een leeg woord dat je moet vullen als je het wilt overdragen’, stelt de historicus. Vanuit een christelijk perspectief ziet hij verschillende manieren om dat te doen: ‘De katholiek wil leven in de traditie, de protestant wil teruggrijpen op de originele tekst.’
Wat is traditioneel? We leven in Europa aan het eind van 2000 jaar christelijke traditie vol afscheidingen. Iedere afscheiding kent een eigen traditie. Wie zich vandaag “traditioneel” noemt, staat niet rechtstreeks in verbinding met de eerste christenen.
‘Een opvoedende generatie vindt het moeilijk om eigen gebruiken los te laten’
Bram de Muynck
Vernieuwen
Vanuit zijn persoonlijke opvoeding tot aan zijn huidige opvoedkundige verantwoordelijkheid vertelt hoogleraar dr. Bram de Muynck vol vuur over het belang van traditie in de opvoeding. Opvoeden binnen een traditie noemt De Muynck “traditioning”: het doorgeven van gewoonten en overtuigingen. Dit biedt veiligheid en helpt kinderen de wereld te duiden – maar kan ook beknellen. Uit eigen ervaring weet de onderzoeker: ‘Een opvoedende generatie vindt het moeilijk om eigen gebruiken los te laten.’ Dat is wel nodig, vindt hij. ‘De nieuwe generatie moet het beter doen dan de vorige, en dus ook de traditie vernieuwen, zoals we in Psalm 78 kunnen lezen.’
Levend door gemeenschap
Tradities blijven alleen levend als mensen er in gemeenschappen mee leven. Daardoor verandert de traditie altijd: die groeit en wordt vernieuwd. De gewoonten veranderen, maar de waarden niet. Gewoonten zijn ook waardevol als we de oorsprong niet precies kennen, al helpt het wel als opvoeders hun betekenis delen, stelt De Muynck. ‘Commitment met gebruiken vanwege uitsluitend externe redenen is niet sterk.’
De professor pleit voor het versterken van de gemeenschappen. Die staan juist nu onder druk. ‘Ouders kunnen hun kinderen niet alleen opvoeden. Gezinnen moeten we niet isoleren, maar opnemen in een gemeenschap. Naast gemeenschap met onze naasten moeten we ons verbinden met het heilige door dagelijkse stilte, wekelijkse verhalen en minstens maandelijks aanwezig te zijn op een heilige plek.’
Kar
De traditie is een kar, geduwd door de gemeenschap om waarden over te dragen van generatie op generatie. Als die “kar” leeg blijkt te zijn, wil niemand meer duwen. Dan “staat de wagen stil” en kun je er nog wel over schrijven of met weemoed op terugblikken, maar dat is geen duwen.
We leven in een tijdperk “na de traditie”, komt veelvuldig naar voren. Toch maakt dat mensen niet minder hoopvol. Men ziet dat er in de samenleving een grote vraag is naar gemeenschap en gedeelde waarden. Jonathan Haidt wordt met zijn boek Generatie angststoornis herhaaldelijk als typerend voorbeeld genoemd.
Opvallend veel deelnemers vertegenwoordigen een school of gemeenschap waarin de secularisatie ver is gevorderd. Ze betreuren dit, maar blijven onverminderd gemotiveerd om te bouwen aan Gods Koninkrijk.
‘Ik werk met de christenen die ik heb’
Huw Humphreys
Christelijke opvoeders
Een onderzoeker vraagt zich af: ‘Vanaf welk moment noem je een christelijke basisschool niet christelijk meer? Kun je jezelf nog protestant-christelijk noemen als je Halloween viert op school? Een deelnemer stelt: ‘De naam van zulke scholen verwijst naar een traditie die voor veel leerkrachten en leerlingen nauwelijks nog betekenis heeft. Jammer, maar de naam van de school is niet het belangrijkste. Het gaat erom dat opvoeders die belijdend christen zijn leerlingen leren over het Evangelie. Ook als dat in maar één lokaal gebeurt, is daar wel sprake van christelijk onderwijs.’
Dr. Huw Humphreys, Pabodocent aan de University of East London, vertelt over zijn pogingen om oude tradities nieuw leven in te blazen. In het Verenigd Koninkrijk krijgen seculiere kinderen les van seculiere leerkrachten in de overblijfselen van christelijk onderwijs, de zogenaamde Church of England schools. Ooit gesticht door de staat toen christelijk denken gemeengoed was. Nu geven er meer niet-kerkgangers les op deze scholen dan belijdende christenen.
‘De christenen die ik heb’
Juist op deze scholen vond Humphreys zijn missie om de christelijke traditie levend te maken. Hij grijpt iedere gelegenheid aan om de christelijke waarden, die lijken te verstoffen in de oude fundamenten van de scholen, te agenderen. ‘We organiseren bijeenkomsten met leerkrachten die wél christen zijn. Deze collega’s proberen samen een voorbeeld te geven in de school en zo collega’s te inspireren.’
Collega’s stellen vragen, waarop Humphreys uitlegt: ‘Zo ziet het eruit als je Jezus volgt.’ Met die boodschap bereikt de oud-schoolleider leraren die zelf niet binnen de traditie zijn opgevoed. ‘Je moet ze niet proberen te bekeren’, weet hij.
Of hij hoopvol is over de toekomst? ‘Het is niet in mijn handen’, zegt hij kalm. ‘Bij ons is in ieder geval de doctrine niet zo’n probleem als op jullie reformatorische scholen. Ik werk met de christenen die ik heb en hoef gelukkig niet te kiezen.’