Soms krijg je kansen aangeboden. Dan kun je ze met twee handen aanpakken, of niet. Soms zijn er weinig kansen. Dan kun je proberen ze zelf te creëren, of genieten van wat je hebt. Jerke Eisma (35) en Geerten Schulp (19) lieten soms bewust een kans voorbijgaan, omdat andere belangen zwaarder wogen.
Eisma liep de route van mavo, havo, vwo naar universiteit. Zes jaar geleden voltooide hij een promotieonderzoek over luchtvervuiling bij de Technische Universiteit Delft. Hij woont met zijn vrouw en vier kinderen in Grafhorst.
Schulp kreeg een havo/vwo-advies. Hij koos bewust voor werken met zijn handen, omdat stilzitten hem tegenstaat. Vorig jaar rondde hij zijn opleiding mbo 4 bouwkunde af. Hij werkt nu bij Burgland Bouw in Dodewaard. Schulp woont in Opheusden.
Bij het debat over kansengelijkheid zijn de omgeving waarin je bent opgegroeid en de verwachtingen die daar gekoesterd worden belangrijk. Eisma groeide op in Wouterswoude, in het hoge noorden van Nederland. Zijn moeder rondde de huishoudschool af. Zijn vader ging na de havo bij een bank werken. Bijna iedereen in Eisma’s omgeving ging naar de christelijke mavo in de buurt. Voor de leerlingen met havoambitie duurde deze route drie jaar. Dat Eisma daar ook naartoe zou gaan en een vervolgopleiding en werk zou zoeken in Friesland, lag in de lijn der verwachting.
Schulp woont nog steeds in zijn geboortedorp Opheusden, samen met zijn ouders en jongere zus. Zijn ouders voltooiden beiden een mbo 4-opleiding. Ze stimuleerden Schulp de havo af te maken. ‘Maar dat ging niet’, zegt Geerten. ‘Ik wist namelijk in de eerste klas al dat ik de bouw in wilde. Bij een vriend werd een nieuw huis gebouwd. Ik heb toen uitgezocht wat je nodig hebt voor dit werk en dat was een niveau 4-opleiding bouwkunde. Bij ons in het dorp is een niveau-4-opleiding heel wat. Een aantal van mijn klasgenoten uit groep 8 ging naar het vwo. Dat vonden we echt hoog.’
Welke kansen kregen jullie op school?
Schulp deed drie jaar havo. ‘Elk jaar ging ik net over. Ik vond het moeilijk om stil te zitten en zag het nut niet zo van al die vakken. Docenten zagen dat ik me zat op te vreten in de les. Ze lieten me volgens mij overgaan omdat ze wisten wat ik wilde. Verschillende leraren vonden de bouw een goed idee voor mij. Ook op het Hoornbeeck was ik eerst heel druk, maar dat veranderde. Bij de diplomering zeiden mijn docenten: “Wat ben jij veranderd. Je bent nu veel rustiger en professioneler.”’
Eisma had het makkelijk op de mavo, ‘maar niet één docent zei tegen mij dat ik daar niet op mijn plek zat. In havo 4 moest ik eventjes hard werken, maar daarna volgde veel herhaling. Vervolgens moest ik zelf kiezen. Ik wilde graag piloot worden van een F-16. Helaas kwam ik niet door de keuring. Daarom koos ik voor het vwo en vervolgens voor lucht- en ruimtevaarttechniek in Delft. Thuis was mijn keuze nog wel een dingetje. Mijn zusje en ik waren de eersten van het gezin die de wijde wereld ingingen.’
‘Ik heb lang getwijfeld of ik het kon’
Jerke Eisma
Hoe goed zijn jullie in het inschatten van je eigen mogelijkheden?
Eisma: ‘Ik heb lang getwijfeld of ik het wel kon, dus leerde ik erg hard. Ik kon niet echt van mijn studentenvereniging genieten. Ik was altijd bang om achter te lo pen. Pas tijdens mijn master kreeg ik meer zelfvertrouwen. Ik voelde me verantwoordelijk voor mijn eigen leren en wist: als ik er tijd en energie in stop, lukt het ook. Ik had veel slimme jongens om mij heen in Delft. Die haalden mij met gemak in. Maar het is goed je eigen grens te ontdekken en te accepteren.’
Bij Schulp is zijn interesse de belangrijkste graadmeter voor succes. ‘Als ik iets interessant vind, dan lukt het. Maar als het me niet interesseert, lukt het ook niet. Op het Hoornbeeck waren de lessen praktijkgericht. Dat ging dus prima. Maar bij een vak als Engels ging het minder goed. Nu praat ik echt veel Engels en denk af en toe: had ik maar iets beter m’n best gedaan.’
Welke kansen heb je in je werk?
Schulp: ‘Ik had al twee keer stage gelopen bij Burgland Bouw en mocht er ook komen werken. We hebben gesproken over een vervolgopleiding, maar ik zag een hbo-opleiding niet zitten. Omdat ik nog maar 18 was, dacht ik dat het nuttig was nog wel iets te leren. Daarom doe ik de avondopleiding voor assistent-uitvoerder. Dan kan ik later mijn papieren om uitvoerder te worden halen en projecten doen binnen het bedrijf waar ik werk. De bouw verandert snel, dus is het een uitdaging om bij te blijven met veranderende methodes, materiaal en automatisering.’ Eisma: ‘Na mijn promotie lagen er veel opties open. Ik kreeg een baan aangeboden als universitair docent. Daar had ik wel zin in, maar dan moesten we een jaar in het buitenland wonen. Mijn vrouw zag dat echter niet zitten met een gezin met drie jonge kinderen. Achteraf vind ik dit toch een gemiste kans. Adviesbureau Deloitte waar ik ging werken, paste niet echt bij mij. Nu verhuur ik mijzelf als netwerkbeheerder bij de energiegroep Enexis voor de berekening van wiskundige modellen. De vliegtuigen blijven echter trekken. Voor mij is de toekomst nog open.’
‘Alleen als ik iets interessant vind, lukt het’
Geerten Schulp
Wat adviseren jullie anderen?
Eisma: ‘Denk rustig na over je keuzes en motieven. Waarom kies je voor iets? Dien je God ermee of ben je bezig jezelf omhoog te werken? Zorg dat je een goed beeld hebt van een baan. Ik weet bij een vacaturetekst vaak niet goed wat ik me moet voorstellen bij het werk. Soms moet je ook een beetje lef tonen en ergens op afstappen.’
Schulp is ervan overtuigd dat je moet doen wat je leuk vindt en je talenten in moet zetten. En als je niet weet wat je leuk vindt, adviseert hij mee te lopen bij een bedrijf. Burgland Bouw nodigt regelmatig leerlingen uit van het Van Lodenstein College in Kesteren, want ‘we hebben mensen nodig die iets met hun handen kunnen maken.’ Van de robotisering die Eisma noemt, ligt Schulp niet wakker: ‘Voorlopig hebben we een personeelstekort.’
Over en weer hebben de mannen bewondering voor elkaar. Schulp vindt het knap dat Eisma zo’n weg heeft afgelegd:
‘Veel respect.’ Andersom is Eisma best een beetje jaloers op Schulp: ‘Wat is het gaaf om zo’n duidelijk doel te hebben. Ik vind bijna alles leuk, maar kom daardoor ook op posten terecht waar ik het niet zo lang uithoud, omdat het me gaat vervelen. Jij bent op je bestemming, terwijl ik blijf zoeken naar wat bij me past en mezelf blijf afvragen of ik geen kansen laat liggen.’