twee leerlingen van het Calvijn College (locatie Krabbendijke Appelstraat) reageren op drie stellingen
De interesse van scholieren in schoolvakken is de afgelopen acht jaar afgenomen, blijkt uit onderzoek van Qompas, een platform voor studie- en carrièrekeuze. Dat komt deels omdat de vakinhoud niet snel genoeg meebeweegt met de veranderingen in de wereld. Bovendien zijn scholieren voortdurend bezig met hun smartphones. Daarmee vergeleken zijn lessen gewoon saai. Of toch niet?
Om die vraag gedeeltelijk te kunnen beantwoorden, reageren twee leerlingen van het Calvijn College (locatie Krabbendijke Appelstraat) op drie stellingen.
Voor schooltijd heb ik al zoveel leuke dingen op mijn smartphone voorbij zien komen, dat een les wel heel gaaf moet zijn, wil die mij nog boeien.
Connor van Leerzem (13) uit klas 2 havo-vwo kan zich er niet zoveel bij voorstellen. ‘Als je het eerste uur moet beginnen, heb je weinig tijd om op je mobiel te kijken. Dat hoef ik ook niet zo nodig, want ik heb alleen WhatsApp. Soms doe ik een spelletje of kijk ik een filmpje over het oplossen van een Rubiks kubus. Ik word bijvoorbeeld eerder afgeleid door iemand die langsloopt dan doordat ik steeds aan mijn telefoon moet denken. Concentratie is nog wel een aandachtspunt.’
Arianne van Twillert (14) volgt praktijkonderwijs; zij gelooft wel in de stelling. Ze vertelt dat haar hoofd soms al vol zit voordat ze de school binnenstapt. ‘In de bus valt er niet zoveel te doen. Dan pak ik mijn telefoon. WhatsAppberichten kijken, een filmpje, Instagram en zo. Ik moet vaak geeuwen als ik alleen maar moet luisteren naar een leraar. Het boeit me dan niet echt. Sommige lessen zijn echt heel saai.’
Beide jongeren geven aan dat saai ook weleens ‘moeilijk’ kan betekenen. En dat ze soms gewoon geen zin hebben in school.
‘Ik moet vaak geeuwen als ik alleen maar moet luisteren naar een leraar’
Arianne
Anno 2020 geen les zonder een filmpje.
‘Nou nee, het kan wel zonder’, vindt Connor. ‘Ik kom niet naar school om filmpjes te kijken. Alleen als ze meer duidelijkheid bieden over de lesstof. Eerst uitleg van de docent en dan iets bekijken. Lekker praktisch en zinvol bezig zijn, dat maakt voor mij een les boeiend. Helaas komen praktijklessen op mijn afdeling weinig voor.’
Wat hij ‘echt heel saai’ vindt, is het zomaar overschrijven van aantekeningen. ‘Daar zit geen uitdaging in en je leert er nagenoeg niets van.’
Een les zonder digitale toeters en bellen ‘is best lekker rustig. Samen de stof doornemen en geen huiswerk daarna. Met elkaar in gesprek gaan over een bepaald onderwerp. Ook de Bijbel erbij pakken: wat zegt Gods Woord daarover.’
Arianne vindt het lastig om alleen maar te luisteren; ze vindt het makkelijker om naar het digibord te kijken dan naar de leraar. Gelukkig kan zij vaak haar handen laten wapperen. ‘Het liefst in de keuken.’
‘Je kunt een filmpje niet om extra uitleg vragen. Een docent wel’
Connor
De inhoud van een les is belangrijker dan de vorm.
Connor denkt in principe van wel. ‘Je moet er iets van leren. Naar een filmpje hoef je alleen maar te kijken. Je kunt een filmpje niet om extra uitleg vragen. Een docent wel.’
De inhoud van een les is belangrijk, maar zeker ook de persoon die de les geeft, blijkt uit het vervolg van zijn reactie. ‘Sommige vragen vind je niet op internet. Docenten kijken er niet van op als je een vraag stelt die anderen wel raar vinden. Dat horen ze in ieder geval niet te doen. Een docent kun je vertrouwen. Als er thuis iets is, dan kun je dat bij een docent kwijt. Hij kan je daarin helpen.’
Als een leraar grapjes maakt en leuke, goede voorbeelden noemt in de les, raakt Connor sneller geïnteresseerd in wat hij gaat zeggen. ‘Het is belangrijk dat hij me bij de les houdt door vragen te stellen. Laat mij maar iets maken wat met de les verband houdt. Voor Aardrijkskunde een kaart of een atlas ontwerpen in 3D. Of met een groepje een PowerPointpresentatie in
elkaar zetten en die laten zien. Bij Geschiedenis luister ik liever naar een boeiend verhaal dan dat we om de beurt een stukje uit het boek moeten lezen. Zo saai!’
Arianne beaamt dat laatste hartgrondig. Ook voor haar is de persoon vóór de klas belangrijk. ‘Een leraar kun je altijd iets vragen. En ik vind dat er af en toe een grapje gemaakt moet worden en dan weer doorwerken.’
Eindnoot
Voor meer info over het onderzoek van Qompas, zie: https://www.qompas.nl/actueel/scholieren-vinden-schoolvakken-steeds-minder-interessant/1269/
Dezelfde lessen, verschillende ervaringen
Ze zaten bij elkaar in de klas op de CNS in Wouterswoude, maar beleefden dezelfde lessen verschillend. Anne-Marthe Bakker (12) vond het in groep 8 over het algemeen niet saai. ‘Ik houd van vakken waarbij ik moet nadenken, maar ook van creatieve lessen.’ Tineke de Jong (12) daarentegen kijkt juist terug op meerdere saaie momenten.
Wat maakt een les boeiend? Voor Anne-Marthe is het vooral belangrijk dat de inhoud haar interesseert. Tineke noemt ‘een vrolijke leerkracht’ en ‘duidelijk uitleg’.
Anne-Marthes aandacht hoef je niet te vangen met flitsende filmpjes. Ze besteedt thuis veel tijd aan haar hobby’s. Op school kun je ook op een ander manier zorgen dat kinderen bij de les blijven. ‘Soms deden we bewegingsspelletjes tussendoor. Af en toe moesten we eerst het saaie werk doen – daarna mochten we dan een proefje uitvoeren.’
Haar oud-klasgenoot geniet zowel thuis als op school van digitale extraatjes. Als het dan toch zonder moet, heeft ze nog een offline-tip: ‘Zet bij de uitleg lastige sommen om in grappige. Dat had mij geholpen beter op te letten.’
Beide dames merkten dat ze op een christelijke basisschool zaten. ‘Wij keken weinig films en we mochten niet alle spelletjes spelen. Maar zo zijn we opgevoed.’
Anne-Marthe Bakker (boven) en Tineke de Jong (onder)
Tips voor docenten
· Bouw aan relatie
· Betrek de leerlingen bij de les door vragen te stellen
· Geef hun betekenisvolle opdrachten
· Vertel boeiende verhalen