De Taalunie denkt mee over effectief leesonderwijs - Het is inmiddels algemeen bekend: het leesniveau van de jeugd hobbelt achteruit. Wat Heleen Rijckaert en Sien Buelens, medewerkers van de Nederlandse Taalunie, betreft, komt daar verandering in. ‘Scholen kunnen bij ons terecht voor voorbeelden van rijke teksten en sinds november met ideeën over hoe ze daarmee aan de slag kunnen gaan.’
‘Zowel in Vlaanderen als in Nederland zien we achteruitgang in het leesniveau van jongeren,’ vertelt Rijckaert, beleidsadviseur van het Algemeen Secretariaat van de Taalunie. ‘De Taalunie heeft op basis van internationale onderzoeksresultaten een rapport gepubliceerd en daarbij een aantal acties geformuleerd. Een van de acties die daaruit voortgekomen zijn, is het ontstaan van de website rijketeksten.org. Het is een verzamelplek van rijke teksten die leerkrachten vrij kunnen gebruiken. Oorspronkelijk hebben we ingezet op het “wat” en zijn ons daarna gaan buigen over het “hoe”.
Rijke teksten
Over wat rijke teksten zijn, hoeft Rijckaert niet lang na te denken. ‘Het zijn authentieke teksten die je overal tegenkomt. In de krant, in tijdschriften, in boeken. Ze hebben een breed taal- en woordaanbod en zijn niet vereenvoudigd. Ze nodigen lezers uit tot het stellen van vragen. Ze vergoten de kennis van de lezer, prikkelen en gebruiken hoog- en laagfrequente woorden. In handleidingen komen we veel niet-rijke teksten tegen. Die zijn compact, bevatten veel informatie in weinig ruimte. Verbindingswoorden zijn vaak weggelaten. Eigenlijk wordt de tekst daardoor juist lastiger om te lezen.’
‘We zijn niet tegen methodes’, legt haar collega Buelens, beleidsmedewerker bij dezelfde afdeling, uit. ‘We vullen aan. Op onze website vind je geen lesmateriaal. Je kunt de teksten op verschillende manieren inzetten. Het lezen van rijke teksten is ook geen doel op zich, maar een middel om tot effectief leesonderwijs te komen.’
‘Nederland is het enige land waar begrijpend lezen als apart vak aangeboden wordt. Het gevaar daarvan is dat je lukraak en weinig doelgericht teksten gaat lezen’
Heleen Rijckaert en Sien Buelens
Interesse
‘Veel hangt af van de competenties van de leraar’, stelt Buelens vast. ‘Leerkrachten moeten weten wat ze met hun leesonderwijs willen bereiken. Ze moeten oog hebben voor de vragen die kinderen hebben en voor de wereld om hen heen. Het is belangrijk om rijke teksten te integreren in alle lessen. Wanneer je bijvoorbeeld met geschiedenis over de middeleeuwen werkt, zou je daar een rijke tekst over kunnen zoeken en de leesles met de geschiedenisles verbinden. Kinderen worden meer gestimuleerd tot lezen wanneer een onderwerp hun interesse wekt. Daarom is het belangrijk dat de persoon die voor de klas staat in gesprek gaat met kinderen over wat bij hen leeft.’
‘Bied ook verschillende teksten over hetzelfde onderwerp aan. En varieer in tekstgenres, bijvoorbeeld een informatieve tekst en een verhalende tekst. De leerkracht dient ook op de hoogte te zijn van het kinderboekenaanbod. Zoals een gymleraar sportief moet zijn, zo moet de aanbieder van leesonderwijs zelf belezen zijn. Zorg ook voor een rijk en interessant boekaanbod in de klas.’
Dat onderwijsmensen heel veel andere dingen te doen hebben en, hoe graag ze misschien ook zouden willen, vaak niet de tijd hebben om te zoeken naar rijke teksten, begrijpen de twee collega's. Daarom denkt de Taalunie met leerkrachten mee.
Handreikingen
‘Sinds het ontstaan van de website in 2022 hebben leerkrachten de weg naar ons aanbod gevonden’, vertelt Rijckaert. ‘Daarna hebben we ook oog gekregen voor het “hoe”. We hebben hard gewerkt aan de uitbreiding van de site. Sinds november van dit jaar bieden we ook handreikingen, zodat docenten weten hoe ze de teksten kunnen inzetten. Dat scheelt hun veel werk. Bovendien hoef je het ook niet alleen te doen. Gebruik de expertise van je collega’s. De een weet veel van dyslexie, de ander van ADHD en weer een ander van het aanbod in kinder- of jeugdboeken of van manieren om rijke teksten in de lessen in te zetten. Maak gebruik van de kennis die in de school aanwezig en informeer elkaar daarover.’
‘Kinderen worden meer gestimuleerd tot lezen wanneer een onderwerp hun interesse wekt’
Sien Buelens
Begrijpend lezen
In de achteruitgang van het leesniveau spelen verschillende factoren een rol, denken Rijckaert en Buelens. ‘Er wordt minder gelezen dan vroeger. Het beeldscherm trekt. Dit maakt niet dat kinderen minder gaan lezen, maar wel minder geconcentreerd. Nederland is het enige land waar begrijpend lezen als apart vak aangeboden wordt. Het gevaar daarvan is dat je lukraak en weinig doelgericht teksten gaat lezen. Er wordt bovendien minder voorgelezen. De niveaus in de klas lopen erg uiteen, waardoor klassikaal gelezen teksten niet bij iedereen aansluiten. Veel teksten die kinderen lezen, zijn beperkt in hun woordkeuze, waardoor laagfrequente woorden niet aan bod komen.’
Wereldbeeld
‘Het gaat niet om lezen om te lezen’, gaan de geïnterviewden verder. ‘Natuurlijk vergroot lezen de woordenschat en is het goed voor andere taalaspecten; het belang hiervan is niet te overschatten. Onze maatschappij is talig. Veel communicatie verloopt schriftelijk. Wanneer het leesniveau niet op orde is, wordt het moeilijk meedoen in de samenleving.’
‘Maar lezen heeft veel meer voordelen. Het is een middel om te leren. Hierin is voorlezen ook ontzettend belangrijk. Films kunnen eveneens een informatieplatform zijn. Ik wil het geen probleem noemen als hier gebruik van gemaakt wordt. Het is wel onvoldoende als boeken niet aanvullen. Boeken zijn spiegels en vensters. Je kunt jezelf erin herkennen én ze vergroten je wereldbeeld. Het sociale aspect van lezen wordt versterkt wanneer er ruimte is om te praten over hetgeen je gelezen hebt. Daarnaast bevordert lezen je concentratie.’
‘Zoals een gymleraar sportief moet zijn, zo moet de aanbieder van leesonderwijs zelf belezen zijn'
Heleen Rijckaert
Basisvaardigheid
‘We hopen dat over vijf jaar alle leraren in Nederland en België de weg naar rijketeksten.org gevonden hebben en er gebruik van maken. Dat ze ervan overtuigd zijn dat rijke teksten er in overvloed zijn en dat ze daarnaar op zoek gaan. Alle scholen moeten zich ervan bewust zijn dat zij een taak hebben in het verbeteren van het leesniveau van kinderen en jongeren. Ik hoop dat zij ons aanbod zullen inzetten in de lessen en het leesplezier willen vergroten. Natuurlijk hebben leerkrachten veel meer te doen dan dat, maar lezen is een basisvaardigheid die in de schijnwerpers zou moeten staan.’