‘Pfff’. Met een zucht trek ik donderdagavond 2 april om half tien de stekker van mijn strijkijzer uit het stopcontact. Ik vind het welletjes. Helaas ben ik nog niet klaar, maar de rest van de overhemden strijk ik morgen wel. Of overmorgen…
Nu ben ik moe, heel moe. Wat was het intensief, vandaag. ‘s Morgen is het al vrij gauw raak. Onze zoon uit groep 4 heeft de bokkenpruik op. Na één rijtje rekenen, geeft hij de moed al op. Wat ik ook uit de kast haal, niets helpt. ‘Als jij de som uitrekent, schrijf ik het antwoord voor je op.’ Onverstaanbare klanken zijn het resultaat.
‘Weet je, dan ga je lekker een poosje aan het bureau van één van de grote jongens zitten.’ Een kwartier later zie ik slechts twee onleesbare tekens staan. Dan toch maar weer beneden aan de slag en het met strenge hand proberen. ‘Over vijf minuten heb jij dit rijtje gemaakt.’
Maar nee, hoor. De anderen irriteren zich mateloos aan hem. ‘Je moet ‘ns effe normaal doen’, blaft onze puber hem met zijn zware bas toe. Dan ontlaadt zich alle spanning in een huilbui.
Stampvoeten
En dan nog die aanvaring met onze dochter. Balen is dat. Ik wil dat ze haar Engelse woordjes overschrijft. Omdat ze bij haar vorige toets behoorlijk wat kleine foutjes had. Maar, oei, de woorden zijn mijn mond nog niet uit of ze klapt de deur achter zich dicht en stampvoet naar boven. Ze is boos omdat ik met 80 procent niet eens tevreden ben.
Vermoeid plof ik op de bank en check nog even mijn WhatsApp. Mijn zus heeft haar profielfoto veranderd. Een prachtige foto van witte bloesem met daaronder de woorden ‘count your blessings’. Die komt binnen. Tel je zegeningen! Dat zou ik door alle frustraties zomaar vergeten.
Opgeruimd aanrecht
Ineens denk ik terug aan de start van de dag. Toen ik terugkwam van de boodschappen, vond ik een keurig leeg aanrecht. Diezelfde boze dochter had uit zichzelf de vaatwasser ingeruimd en alle rommel opgeruimd. Met een glunderend gezicht wachtte ze me op. Heerlijk.
We konden zo aan tafel voor ons Bijbelmoment. De Bijbels had ze al klaar gelegd. Pennen erbij en de liedbundels. Na mijn signaal dat de school ging beginnen, kwamen ze allemaal vlot om de tafel zitten. We vouwden onze handen en hebben met elkaar gebeden. En daarna de Psalm opgezegd die we uit ons hoofd leren. Bijzonder om zo al bijna twee weken bezig te zijn met één Psalm. Ik merk hoe de woorden van de Psalm meer en meer mijn gebeden inkleuren en bezit van me nemen.
Tel je zegeningen! Dat zou ik zomaar vergeten
‘Aam’
We leren Psalm 95 aan. Iedere morgen zeggen we het met elkaar op: ‘Want de HEERE is een groot God, ja een groot Koning, boven alle goden. In Wiens hand de diepste plaatsen der aarde zijn en de hoogte der bergen zijn Zijne. (…) Want Hij is onze God en wij zijn het volk Zijner weide en de schapen van Zijn hand.’
Prachtig die stemmen door elkaar. Het stemmetje van onze vijf jarige kleuter en de stemmen van de jongens met de baard in de keel. Zelfs onze jongste wordt erdoor aangestoken. Als we beginnen met opzeggen, zet hij vanuit de box een neuriënd geluidje op. En als we klaar zijn met bidden, klinkt steevast vanuit de keuken ‘Aam’.
Schilderijtjes
Hoe kostbaar is dit momentje in de ochtend. De somberheid en vermoeidheid maken langzaam plaats voor verwondering en dankbaarheid. Wat ontvangen we veel met elkaar. Op de kast zie ik de schilderijtjes staan die de kinderen bij Psalm 95 hebben geschilderd. Wat zijn ze mooi geworden. Ieder op hun eigen niveau. Ik hoop dat de kinderen het onthouden in hun verdere leven. Veel wankelt. Veel schudt. Een klein virus gooit de hele wereld overhoop. Doet mensen het leven verliezen. Zorgt ervoor dat anderen hun baan kwijtraken. Gooit het ritme van thuis en school door elkaar. Maar God staat erboven.
Zaaien
Ongemerkt schud ik mijn hoofd. Waarom heb ik me zo druk gemaakt om een paar rijtjes sommen? Waarom me blindgestaard op de dwarsigheid van één kind? Sinds ik vorig jaar ben gestopt met mijn baan als docente sociaal agogische vakken op het Hoornbeeck College in Gouda ben ik nog niet veel veranderd. Ook toen kon desinteresse bij studenten al mijn energie wegzuigen.
Ineens besef ik: al had niemand z’n huiswerk gemaakt, Gods Woord is gezaaid. Het Woord dat levend en krachtig is, dat ons houvast is als alles wankelt. ‘Heere, zegen Uw Woord in de levens van onze kinderen. U heeft beloofd dat het niet leeg zal terugkeren. Dank U, dat ik het door Uw genade mocht zaaien. Mijn ogen zijn op U. Want U bent het Die de wasdom geeft.’
Ik gaap. Tijd om te gaan slapen. Morgen wacht weer een nieuwe dag. Ik heb er zin in.
De coronacrisis zet bij ons thuis de boel op zijn kop, ook op de Rehobothschool in Alphen aan den Rijn en De Bron in Leiderdorp – waar mijn man Arjan Harskamp directeur is – gaat ineens veel anders.
Welke begeleiding bieden jullie vanuit school aan ouders om thuisonderwijs te geven?
Arjan: ‘We hebben telefonisch contact met leerlingen. Ouders geven we praktische tips. Ook tonen we veel begrip als het een keer niet lukt. Verder zorgen we voor concrete instructies, op papier of via Teams.’
Lukt het om goed zicht te houden op alle gezinnen?
‘Ja, door telefoontjes, apps en door het online-werk wat is gemaakt.’
Hebben jullie te maken met ouders die vastlopen?
‘Hier en daar is het heel intensief. Iedere gezinssituatie is echter uniek. Waar de randvoorwaarden in de klas voor ieder kind hetzelfde zijn, verschillen ze nu enorm.’
Hoe trek je zo’n situatie weer vlot?
‘Door te differentiëren, nuchter te zijn, een één-op-één instructie via Teams en eventueel het aanbieden van noodopvang.’
‘Samenbindend om met ouders op te trekken’
Arjan Harskamp
Hoe ervaren leerkrachten het om dit te doen?
‘Dubbel. Zij zouden het graag op de gewone manier doen. Mooi om te ontdekken dat er op afstand toch best wat mogelijk is. Gelukkig genieten zij ook: videobellen met een kleuter die z’n werkjes laat zien. Intensief: het gevoel de hele dag beschikbaar te moeten zijn. Zeker als de leerkracht thuis ook een klasje heeft zitten.’
Wat is het effect van langdurig thuisonderwijs?
‘Spannende vraag. Uit onderzoek blijkt dat thuisonderwijs zeker niet tot negatievere resultaten hoeft te leiden. In een klasje thuis is meer differentiatie en persoonlijke aandacht mogelijk. Anderzijds loopt een aantal ouders vast op het niveau van de leerstof. We spelen met de gedachte om bij de herstart instaptoetsen af te nemen, zodat we daarna een beredeneerd aanbod kunnen geven.’
Zie je in deze moeilijke tijd ook mooie dingen gebeuren?
‘Zeker. Het is samenbindend om intensiever met ouders op te trekken dan anders.’